Getraceerde loopbaan: verschil tussen versies

Uit George Nypels, militair en koloniaal historicus
Ga naar: navigatie, zoeken
Regel 36: Regel 36:
 
:* Genealogie van de familie Nypels door H.C.M. Nypels en Mr.J.W.A.M. Nypels, 11 juli 1977.
 
:* Genealogie van de familie Nypels door H.C.M. Nypels en Mr.J.W.A.M. Nypels, 11 juli 1977.
 
:* Via Delpher <https://www.delpher.nl/nl/kranten> de op pagina Commentaar met de datum genoemde artikelen uit de volgende kranten: Algemeen Handelsblad, Bataviaasch nieuwsblad, Bredasche courant, De locomotief, Het nieuws van de dag voor Nederlands-Indië, Het Vaderland, Java-bode, Limburger koerier en Sumatra-courant.  
 
:* Via Delpher <https://www.delpher.nl/nl/kranten> de op pagina Commentaar met de datum genoemde artikelen uit de volgende kranten: Algemeen Handelsblad, Bataviaasch nieuwsblad, Bredasche courant, De locomotief, Het nieuws van de dag voor Nederlands-Indië, Het Vaderland, Java-bode, Limburger koerier en Sumatra-courant.  
:* Google Boeken <https://books.google.nl> in zoekvenster invullen "George Nypels" of voor het boek over Zuid-West-Celebes: de titel.
+
:* Google Boeken <https://books.google'nl> in zoekvenster invullen "George Nypels" of voor het boek over Zuid-West-Celebes: de titel.

Versie van 24 mei 2018 om 18:40

Op grond van de gevonden openbare publicaties kan de loopbaan van George Nypels als volgt worden weergegeven:

George Nypels is geboren op 9 augustus 1859 in Maastricht. Hij is in 1882 benoemd tot 2e luitenant bij het wapen der infanterie van het Nederlandse leger. Eind 1883 is hij naar Nederlands Indië vertrokken omdat hij is overgegaan naar het Oost-Indische leger, het latere KNIL. In 1887 ontving hij de Militaire Willems-Orde 4e klasse. Dit geschiedde op grond van betoonde moed en het gevoerde beleid nadat een onder zijn leiding staande patrouille in Atjeh in een hinderlaag was gelopen. Hij is daarna in 1988 bevorderd tot 1e luitenant.

Nypels is voor een periode van twee jaar (1889-1891) door het Oost-Indische leger weer naar Nederland gestuurd voor lessen aan de Krijgsschool in Den Haag. Hij keerde daarna echter nog niet terug naar Indië omdat hij toen is aangesteld als leraar aan de Koninklijke Militaire Academie te Breda. Hij kreeg daarbij de leeropdracht om les te geven in de Indische krijgsgeschiedenis. Hij is leraar geweest in de periode 1891-1896. Verschillende van zijn lessen zijn later in boekvorm uitgegeven. Eind 1896 is hij daarna tot kapitein bevorderd.

Na zijn terugkeer in Indië is Nypels allereerst gedetacheerd bij verschillende wapens en diensten om daarna in 1900 geplaatst te worden bij de generale staf van het Oost-Indische leger. In 1902 raakte hij in Atjeh twee maal gewond door een schotwond en een klewangaanval. Bij de behandeling van de laatste verwonding is een beensplinter in zijn hersenholte achtergebleven. Hierdoor moest hij met spoed voor behandeling met gezondheidsverlof naar Nederland. Tijdens dit verlof is hij in 1903 tot majoor bevorderd. Daarna is hij in 1904 op grond van zijn verwonding eervol ontslagen en gepensioneerd.

Twee jaar voor het begin van de Eerste Wereldoorlog werd Nypels opgeroepen om als reserveofficier dienst te doen bij de Landweer. Bij die organisatie is hij in 1912 benoemd als districtscommandant. Tijdens de mobilisatie in 1914 werd hij eerst commandant van het 35e bataljon landweerinfanterie en kort daarna commandant van de groep Gorinchem der Nieuwe Hollandsche Waterlinie. In hetzelfde jaar is hij bevorderd tot reserve luitenant kolonel. Bij de beëindiging van het dienstverband bij de Landweer in 1919 had hij de rang van reserve kolonel verkregen. In 1940 is hij benoemd tot generaal-majoor titulair.

In de periode 1912-1915 was Nypels lid van de Gemeenteraad van Den Haag. Op het moment van installatie van deze raad was hij, zoals aangegeven, ook districtscommandant van de Landweer. Het was toen de vraag of de Gemeentewet deze combinatie van twee functies toestond. Gedeputeerde Staten van Zuid-Holland hebben daarover besloten de toelating van Nypels tot de gemeenteraad te handhaven.

Nypels was schrijver van werken op koloniaal-historisch gebeid en van vele artikelen in tijdschriften; hij was tevens vaste medewerker van een aantal dagbladen en

  • van 1911 tot ultimo 1932 van het Koloniaal Weekblad,
  • van 1922-medio 1937 redacteur orgaan Haagsche burgerwacht, en
  • van 1 januari 1924-ultimo 1941 hoofdredacteur van De Indische Gids.

Nypels ontving de onderscheidingen: Militaire Willems-Orde 4e klasse (reeds eerder vermeld), Officier Oranje Nassau, Eereteeken voor belangrijke krijgsbedrijven en zilveren eerepenning Rijks ethnografische verzamelingen.

Publicaties

Op koloniaal-historisch gebied was Nypels auteur of co-auteur van onderstaande boekwerken:

  • "Oost-Indische krijgsgeschiedenis", 1895,
  • "De oorlog in Midden-Java van 1825-1830", 1895,
  • "De expeditiën naar Bali in 1846, 1848, 1849 en 1868 en de daaruit te putten lessen", 1897,
  • "Japan-Nederland in Oost-Azië: Eene militaire studie", 1899,
  • "De verovering van Java door de Engelschen in 1811", 1901
  • "Onze strijd in Zuid-West-Selebes tot 1838 en de daaruit te putten lessen", 1902,
  • "Oorlogsgebruiken in onzen strijd met minder beschaafden", 1905, en
  • "Hoe Nederland Ceilon verloor", 1908.

Bronnen

  • Koninklijk Besluit van 10 mei 1887, nummer 25 (Ridder MW-O).
  • Nederland's Patriciaat Jaargang 1933/34.
  • Genealogie van de familie Nypels door H.C.M. Nypels en Mr.J.W.A.M. Nypels, 11 juli 1977.
  • Via Delpher <https://www.delpher.nl/nl/kranten> de op pagina Commentaar met de datum genoemde artikelen uit de volgende kranten: Algemeen Handelsblad, Bataviaasch nieuwsblad, Bredasche courant, De locomotief, Het nieuws van de dag voor Nederlands-Indië, Het Vaderland, Java-bode, Limburger koerier en Sumatra-courant.
  • Google Boeken <https://books.google'nl> in zoekvenster invullen "George Nypels" of voor het boek over Zuid-West-Celebes: de titel.